“Integratie van mensen met een beperking kun je niet afdwingen”

integratie beperking rick kwekkeboom hogeschool Amsterdam hva

Dr. Rick Kwekkeboom

Mensen met een psychiatrische aandoening of licht verstandelijke beperking erbij laten horen met behoud van geborgenheid. Daarom gaat het volgens Dr. Rick Kwekkeboom, lector Community Care aan de Hogeschool van Amsterdam. “Centraal daarin staat de kwaliteit van leven van mensen met een beperking en niet het besparen van kosten. Als de overheid kosten wilt besparen zonder bereid te zijn de kwaliteit van de zorg op peil te houden, laat de politici dat dan gewoon zeggen. Vermaatschappelijking is maatwerk en maatwerk is minstens even duur als confectie. Meestal zelfs duurder. Als de transities dus zo doorgaan als ze op dit moment gepland zijn, dan mag de samenleving over 10 jaar rekenen op een rekening die het drievoudige bedraagt van wat er nu op deze doelgroepen bespaard wordt”.

Verdeelde meningen

Terugkijkend op de afgelopen jaren, waarin al steeds meer mensen met een beperking in gewone woonwijken gingen wonen, stelt zij vast dat een deel van de professionals ervan overtuigd is dat deze poging tot integratie mislukt is. “Een deel van de betrokken professionals geeft aan dat er weliswaar sprake is van fysieke integratie, maar niet van sociale integratie. Dat iemand in een wijk woont, wilt niet zeggen dat diegene daar ook een rol vervult. Ook wordt er gesignaleerd dat er in een aantal gevallen sprake is van onderverzorging en eenzaamheid, vaak als gevolg van het feit dat mensen met een beperking niet zonder meer geaccepteerd worden door de samenleving”. Deze integratiebeweging wordt dan ook door velen gekarakteriseerd als “afgedwongen”.

Daar staat tegenover dat een wezenlijk deel van de betrokkenen vindt dat er wel sprake is van integratie. Zo blijken cliënten vaak meer te kunnen dan ze zelf hadden gedacht. “Wanneer het echt moet, blijkt ineens dat iemand ineens wél voor zichzelf kan koken”. Ook blijkt het beeld dat in de maatschappij heerst van mensen met een beperking te veranderen. Zij worden steeds vaker gezien in andere rollen, zoals werknemer, clubgenoot of vrijwilliger. Bovendien blijkt de eenzaamheid die door tegenstanders van extramuralisering als argument wordt opgevoerd, mee te vallen. Kwekkeboom: “Het blijkt dat mensen met een verstandelijke beperking zich in een wijk niet vaker eenzaam voelen dan mensen zonder beperking. Overigens geldt dat wel voor psychiatrische patiënten, maar dat komt waarschijnlijk voor een flink deel door de aard van hun problematiek”.

Handelingsverlegenheid bij burgers

Daadwerkelijke integratie wordt volgens de Amsterdamse lector belemmerd door handelingsverlegenheid bij burgers. Acceptatie blijkt in de praktijk namelijk zijn grenzen te kennen. Om ervoor te zorgen dat die grenzen opgerekt kunnen worden, is er nood aan deskundigheidsbevordering van burgers die te maken krijgen met mensen met een beperking.

“Ik heb ooit een casus meegemaakt waarin mensen uit een instelling voor mensen met een verstandelijke beperking, gehuisvest werden in een wijk. De buurvrouw trok zich de situatie van deze bewoners aan en gaf aan graag wat leuke dingen met hen te ondernemen en besloot op een bepaald moment wel te willen gaan wandelen met een bewoner met autisme. Gaande de wandeling begon hij echter aan zijn kleren te sjorren tot op het moment dat hij nagenoeg naakt over straat liep en mevrouw zich daar hoogst ongemakkelijk bij voelde. Als je het mij vraagt, had de begeleider van die jongeman vooraf aan moeten geven dat zijn cliënt de neiging had om zich uit te kleden als hij onder spanning stond. Dan was de kwaliteit van dat contact veel beter geweest”.

Behalve het verstrekken van kennis aan de omgeving van deze mensen, kan het ook helpen om de uitwisseling van diensten en vaardigheden tussen mensen met een beperking en hun omgeving te stimuleren.

Rol van professionals

Daarnaast is het voor professionals belangrijk om blijvend aanwezig te zijn voor de omgeving. “In de praktijk zie je dat de begeleiding vaak alleen bereikbaar is wanneer er sprake is van een crisis. Als je de mensen in de omgeving een telefoonnummer geeft dat ze altijd kunnen bellen wanneer ze zich zorgen maken of vragen hebben, dan bevordert dat een gevoel van vertrouwen”.

Aanpassing van het begeleidingsaanbod voor mensen met een beperking is een tweede maatregel die professionals kunnen nemen om integratie in goede banen te leiden. “Behoud van zelfstandigheid is soms moeilijker dan gedacht. Het oefenen met sociale vaardigheden is daarom een heel belangrijk aspect”, aldus Kwekkeboom. “Daarbij moet er ook rekening mee gehouden worden dat niet elke poging slaagt. Een deel van de mensen wil helemaal niet met ‘normale’ mensen omgaan. Zij voelen zich meer op hun gemak tussen mensen met een soortgelijke beperking als die van henzelf. Zij snappen hun grapjes tenminste en worden niet ervaren als bedreiging. Van de andere kant accepteert niet iedereen zomaar mensen met een beperking in hun wijk of op het werk. Helaas moeten mensen met een beperking door hun begeleiders ook voorbereid worden op teleurstellingen”.

Alternatieven voor integratie

Tenslotte pleit Kwekkeboom voor het behoud van goede alternatieven voor integratie in de wijk. “Wonen en welkom zijn in de wijk zijn zeker mogelijk, maar inspanning vanuit zowel burgers met een beperking als mensen zonder beperking blijven daarvoor nodig. Bovendien moeten we zorgen dat er alternatieven blijven voor mensen die niet in staat of bereid zijn in de wijk gehuisvest te worden”.

Interessant artikel? Blijf op de hoogte door u aan te melden voor onze gratis nieuwsbrief.